De werkgever en werkneemster sluiten in september een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd af. In oktober blijkt dat de werkneemster zich voor minder werkuren beschikbaar stelt dan ze moet doen op basis van haar contracturen. In november wordt werkneemster opnieuw gewaarschuwd dat ze onvoldoende werkt, met als resultaat min-uren. Haar werkgever vraagt haar na te denken over het terugbrengen van de omvang van haar contracturen. In december volgen weer e-mails omdat werkneemster niet of te laat komt opdagen voor diensten waarvoor zij is ingeroosterd.
Wanneer de arbeidsovereenkomst afloopt, laat haar werkgever twee maanden van tevoren weten dat hij niet van plan is deze te verlengen. De werkneemster, die zwanger is, wendt zich tot de klachtencommissie. Die constateert dat de werkgever niet heeft voldaan aan zijn zorgplicht voor een zwangere werkneemster. Hij zou geen overleg hebben gevoerd met betrekking tot de door haar uit te voeren werkzaamheden in combinatie met haar zwangerschap. Ook is er geen advies gevraagd aan de bedrijfsarts. De werkgever biedt zijn excuses aan, maar weigert de arbeidsovereenkomst alsnog te verlengen.
De werkneemster stapt hierop naar de rechter en stelt dat haar arbeidsovereenkomst niet zou zijn verlengd op grond van haar zwangerschap. Ze vraagt om een billijke vergoeding op grond van artikel 7:681 BW. Dit artikel verplicht de werkgever om de arbeidsovereenkomst te herstellen wanneer hij deze tegen de regels in heeft ontbonden, en een bedrag aan loon toe te kennen over de tijd dat de arbeidsovereenkomst nog had voortgeduurd als deze regelmatig zou zijn opgezegd, op grond van artikel 7:762 lid 10 BW.
De kantonrechter oordeelt dat een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van rechtswege eindigt, de werkgever hoeft de arbeidsovereenkomst dus niet op te zeggen. Dat wil niet zeggen dat de werkgever in zijn recht staat wanneer hij de arbeidsovereenkomst niet verlengd. Als de werkgever de arbeidsovereenkomst niet heeft verlengd omdat werkneemster in verwachting was, is dit verwijtbaar en is een billijke vergoeding op zijn plaats. Echter, de kantonrechter ziet geen enkele reden om aan te nemen dat dit het geval is. De kantonrechter wijst op het feit dat een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd bedoeld is om de werkgever te laten zien wat voor vlees hij in de kuip heeft. Mocht een werkneemster niet binnen de organisatie passen, dan heeft de werkgever de vrijheid om de arbeidsovereenkomst niet te verlengen. Deze vrijheid wordt beperkt door wetgeving omtrent discriminatie, zijnde bijvoorbeeld zwangerschap. Maar een werkgever die bezwaar maakt tegen een werkneemster die te laat of helemaal niet komt opdagen en te weinig uren werkt, discrimineert niet.
Mocht je nu meer willen weten over het wel of niet verlengen van een arbeidsovereenkomsten of discriminatie op de werkvloer, neem dan contact met ons op via 043 – 343 2607 of info@zuiverjuridisch.nl.